Situatie: jaren 80, een nieuw meisje op de Springplank, met een ernstige geschiedenis van gepest worden. Er komt alvast hulpverlening mee, om de kringgesprekken te voeren.
Misschien vat ik het wat cru samen, maar dit is wat er in feite gebeurde: het slachtoffer kwam binnen als probleem, en er moest gepraat worden. En heel voorspelbaar: het pesten werd op de Springplank naadloos opgepakt. De daders bekend en schaamteloos, en niet te pakken.
Enter papa. Dit is wat ik me herinner van zijn relaas. Details kunnen afwijken.
Papa laat na afloop van een les de grootste pestkop even in de klas blijven, en drukt haar vervolgens fysiek in een hoek, buiten zicht. Het kan ook een kast zijn geweest.
“Ik ontken alles, en niemand zal je geloven, maar het pesten houdt op. Nu. ”
En dat was het. Het pesten hield op. Het meisje heeft haar school op een normale manier kunnen voltooien.